Zomer in Noorwegen

Hutten bouwen, vissen, vallen zetten, eetbare planten zoeken, lepels snijden, boek lezen…Allemaal wilde plannen had ik bedacht. En ik heb er amper wat mee gedaan. Mijn tripje naar Noorwegen stond bijna geheel in het teken van wandelen, koken, slapen…Waarom? Geen idee eigenlijk. Het liep zo. Was het erg? Absoluut niet. Weg van de gebaande paden zocht ik mijn eigen weg door de natuur. Kijken en ervaren. En weer opnieuw kijken. Onthaasten. Kleine stukjes vooruit kijken en vooral niet vergeten heel erg te genieten van het natuurschoon dat daar in overvloed aanwezig is.

NIET GESCHIKT VOOR KINDEREN…

Het was een prachtige ervaring te wandelen in het ‘Dåsvassdalen naturreservat’. En ik heb mijzelf geregeld de vraag gesteld of het ook leuk zou zijn om zo’n wandeling met een groep kinderen te doen. Maar dat denk ik toch niet. Naar mijn mening was het terrein daarvoor te uitdagend. De rotsige ondergrond die je omarmd met zonnig weer is verraderlijk glad na een regenbui. En ook de hoogteverschillen logen er niet om. Zeker niet in combinatie met de afwezige wandelpaden. En dan loop je natuurlijk ook nog eens met flink wat kilo’s op je rug. Ik ging rond 20.30 (flink) vermoeid m’n (hang)mandje in om vervolgens (schaamteloos) het klokje rond te slapen. Voor een kind zou het té zijn…of ik ben gewoon niks gewend, ook niet uitgesloten ;-).

KOPPIE ERBIJ

Zo werd het een tocht van ‘koppie erbij houden’. Regelmatig even stilstaan, kaart lezen, handje bosbessen plukken en de volgende 100 meter uitstippelen. Waar ik ze kon vinden volgde ik wildsporen. Supertof om te zien hoe de herten en elanden zich door het gebied bewegen (en ze soms te ontmoeten). Het geeft je iets dat op een wandelpad lijkt en zodoende ook iets ontspannender loopt. Maar menigmaal heb ik ook op een punt gestaan waar ik tegen mijzelf zei: ”serieus, gaan jullie híer naar beneden? Ik neem toch even een andere route…”

Wildsporen maakten het gebied iets toegankelijker…

OOGJES TOE

Na 4 tot 6 uur lopen richtte de blik zich op een plek om te gaan slapen. Ik was blij met mijn keuze om de hangmat mee te nemen. Het is iets meer gewicht dan alleen een tarp en een slaapmatje, maar je bent wel heel flexibel qua locatiekeuze. Twee bomen is genoeg. Rotsen, (sompig) mos, ongelijkmatig terrein onder je maak niet (veel) uit. En dit alles was ruimschoots aanwezig. Een plekje voor mijn ‘kamp’ uitzoeken was hierdoor gelukkig wat eenvoudiger. Het lopen zelf was al uitdagend genoeg. Maar ook het vinden van een veilige plek voor een kookvuur was iets lastiger dan vooraf gedacht. Hiervoor had ik rekening te houden met een redelijk harde wind, het hoge natte gras en het drassige mos. En ten slotte heb je natuurlijk ook genoeg en voldoende droog stookhout nodig. Gelukkig heb ik op vier verschillende plaatsen al deze puzzelstukjes op hun plek kunnen laten vallen en vier mooie overnachtingen gedaan. Elk op hun eigen manier prachtig! De video bovenaan dit bericht geeft hier een aardig beeld van.

VOOR IEDEREEN

Bijzonder was het gesprek met een Noorse man die ik tegenkwam op de 3e dag. Aanvankelijk voelde ik me ‘betrapt’ alsof ik illegaal bezig was. Een idiote gedachte en ook volstrekt onnodig. De beste man was bezig met zijn houtvoorraad voor de winter en juist geïnteresseerd in m’n avontuur. Het terrein waar ik liep was zijn eigendom maar hij weigerde er hekken omheen te zetten of borden te plaatsen. De natuur moest toegankelijk blijven voor iedereen. Prachtige insteek en fijn om je zo welkom te voelen. Ik kreeg zelfs de mogelijkheid aangeboden om bij een prachtige waterval te overnachten. Helaas vond ik net daar geen geschikte plek om de hangmat op te hangen en ben ik elders bij een mooie beek neergestreken.

Helaas kon ik hier m’n hangmat niet kwijt…

LESJE(S) GELEERD

Dat het mooi was moge duidelijk zijn. Ook was de reis weer leerzaam. De belangrijkste lessen op een rijtje.

  1. Natte voeten zijn, laat ik het netjes zeggen, niet comfortabel. Hoog gras, drassig mos waar je plotseling (diep) in wegzakt en een paar fikse regenbuien en je hebt alle ingrediënten voor natte voeten. Aan de waterdichtheid van de Gore-Tex schoenen zit echt een grens zo weet ik nu. En als de schoenen nat zijn, zijn ze niet 1, 2, 3 weer droog. De volgende keer ga ik sowieso de schoenen behandelen voordat ik weg ga én me eerst plaatselijk verdiepen in het terrein voordat ik volledig het pad verlaat. Vooral als het die dag nog wél mooi weer is. Het weer kan altijd omslaan…
  2. Wandelstokken! Meenemen of meteen maken als ik de paden verlaat. Niet eerst op je plaat gaan voordat je ze gaat gebruiken! Ze zijn eigenlijk onmisbaar op ruig terrein. Je kan echt niet zien of onder het hoge gras grond, mos of een plas water zit. Of een kuil. Of een gladde steen. En voor je het weet maak je een misstap en verzwik je je enkel. Of erger. Omdat je ook met flink wat gewicht op je rug loopt verlies je zo je evenwicht. Met stokken kan je eerst even ‘voelen’ of de volgende stap een veilige is…
  3. Als het terrein ingewikkeld blijkt te zijn moet je er rekening mee houden dat je niet snel grote afstanden overbrugt. Op dag één en twee liep ik ca. 800 meter per uur. Belangrijk om rekening mee te houden als je je route uitstippelt!

Natte schoenen…geen aanrader!

WHAT’S NEXT?

Ook al geniet ik nog flink na, de eerste ideeën voor de volgende reis (in de herfst) ontstaan ook alweer. Ik denk aan Zuid Zweden. Daar kan je met de nachttrein of met het vliegtuig goed komen en dat is toch iets minder omslachtig (en duur) dan met de trein, bus, boot en nog een bus naar Evje…ook verwacht ik dat het terrein daar iets toegankelijker is dan Noorwegen…we gaan het zien! Eerst verder met de voorbereidingen van zondag 17 september: de eerste bijeenkomst. Vergeet vooral niet contact op te nemen als t je leuk lijkt om mee te doen!

Tips, vragen, suggesties? Laat gerust onderstaand een reactie achter, vind ik erg leuk! Scroll helemaal naar beneden en klik op de blauwe tekst ‘reageer’…

Reageer